Op zaterdagmiddag 9 november speelden de drie ESC teams een uitwedstrijd in de KNSB competitie.
Voor ESC 1 was dit hun derde partij en voor ESC 2 en 3 de tweede. Na een teleurstellende vorige KNSB-ronde waren alle drie de teams optimaal geladen om een goede prestatie neer te zetten. ESC 1 vertrok naar Utrecht en ESC 2 en ESC 3 mochten naar Wageningen. Het werd een spannende schaakmiddag, waarbij alle teams tot op het laatste moment fel om de (bord)punten hebben gestreden.
ESC 1 won met 5,5 – 2,5 van Oud Zuylen Utrecht 2
Bart Koeweiden, Henri van Kruistum, Tom Pronk en Carel de Vries wonnen hun partij. Erik van Eijkel, Edwin Groen en John Riksen deelden de punten en alleen Willem Slagter bleef met lege handen achter.
ESC 2 speelde met 4 – 4 gelijk tegen Wageningen 3
Tim Evendijk, Jim Pronk en Nestor Shirokov wonnen hun partij. Hans Thuijls en Ruben de Vries speelden remise. Verlies was er voor Mark Bakker, Albert Bootsman en Willem de Wilde.
ESC 3 speelde met 4 – 4 gelijk tegen Wageningen 5
Robin Enneman, Jonathan Karels en Dick Wenning wonnen hun partij. Egbert Aalbers en Tom Smit speelden remise. Verlies was er voor Marco van den Brink, Mathijs van Dijk en Femke van Kampen.
Verslag ESC 1 (met dank aan Edwin Groen)
Oud Zuylen 2 – ESC 1 2 ½ – 5 ½
Het ging in het eerste uur rustig aan, maar er waren wel wat bijzonderheden. Willem Slagter kreeg in een toch wat exotische opening en na vroege dame ruil wat ontwikkelachterstand en een opdringerig pionnetje van wit op de b-lijn. Edwin Groen had weinig ruimte in een obscure zijvariant van de Franse opening, al was er weinig voor zijn tegenstander om aan te grijpen. Carel de Vries en zijn tegenstander hadden er duidelijk zin in, want het was van beide kanten actief en ze hadden de aanval in gedachte. Henri van Kruistum, Erik van Eijkel en Tom Pronk openden allemaal gelijkwaardig. Bart Koeweiden zette zijn partij scherp op en had al wat voordeel.
Na het tweede uur kwam er meer duidelijkheid. Hoe het precies gebeurde ontging de verslaggever maar ineens had Carel de dame van zijn tegenstander midden op het bord gevangen. Dat was klaar, 1-0 voor ESC. Henri wist kort daarna eerder verkregen voordeel keihard uit te buiten. Met een lokkertje dat zijn tegenstander niet goed beoordeelde won Henri een ruime kwaliteit en dat was genoeg voor de winst snel veilig te stellen: 2-0. Wat een weelde!
Maar ja, ondertussen stond Erik slechter, ging het niet goed bij Willem, was het bij Tom wisselend (voordeel, voordeel weg, voordeel etc. etc.), Bart stond wel goed maar Edwins stelling bleef lastig, wat hem veel tijd kostte om het dicht te houden en geen belangrijk pionnetje te verliezen.
Edwin had na 21 zetten nog 4 minuten, zijn tegenstander nog 11. Op zet 30 hadden ze allebei nog 20 seconden. En toen gebeurde een klein wonder. Edwin dacht met Le6 dame ruil af te dwingen en daarmee remise te maken dus hij bood remise aan. Met een blik op de klok nam zijn tegenstander het direct aan ‘want een halve dop is beter dan een leeg ei’. Een paar seconden later bleek dat hij een heel ei had weggegeven. Zet 30 was een enorme blunder die direct verliezend was. Maar ja, de remise zat al in de tas: 2 ½ – ½ voor ESC. Het was een voorteken voor wat nog zou volgen.
Willem kon even later zijn stelling niet meer houden en kwam in een verloren pionnen eindspel terecht. Hij probeerde nog van alles, maar het ging verloren: 2 ½ – 1 ½.
Erik stond een pion achter en duidelijk slechter in een dame met loper eindspel, maar toch kwam er een leuk kansje. En verdraaid het pakte nog goed uit ook: eeuwig schaak-achtige wendingen maakte dat er tot remise werd besloten: 3 – 2.
Bart stond ondertussen overheersend tot gewonnen, John stond op het oog echt slechter en moest in een dubbel toreneindspel vechten tegen een zwarte vrijpion op b2, Tom stond onder zware druk en leek te verliezen, dus alles wees erop dat er een 4 – 4 in het verschiet lag met nog een kleine kans op winst als John het zou houden.
Bart had een stuk tegen een pion gewonnen en in het navolgende toren tegen toren plus loper eindspel, wist hij alles te ruilen terwijl hij zelf een h-pion overhield. De koning van de tegenstander stond ergens op b4 dus die kwam nooit meer op tijd om promotie te verhinderen: 4 – 2.
Tom kreeg een enorme aanval over zich heen er verloor direct twee pionnen en ook nog een toren tegen een paard. Maar toch: er zat nog een schwindel-kans tegen de zwarte koning in omdat veel lijnen open waren en de witte dame en die ene overgebleven witte toren wel samenwerkten. Zwart koos ergens een verkeerde en te aanvallende damezet en toen sloeg Tom keihard toe. De zwarte koning werd over het bord gejaagd en op e5 mat gezet: 5 – 2!
John speelde dus weer de langste partij, al stond er dit keer geen wedstrijdpunt meer op het spel, het was superspannend. Voor menig toeschouwer was niet te volgen of de spelers het goed deden. De zwarte b-pion promoveerde nog steeds niet, John weefde allerlei grapjes in de stelling en roofde wat pionnen op de koningsvleugel. Dat werd zijn uiteindelijke redding. Toen John zijn laatste toren moest geven tegen de b-pion had zwart alleen nog een toren over en John een h-pion. Door de actieve witte koning, die de pion ondersteunde en liet doorlopen terwijl de zwarte koning heel ver weg stond, moest ook zwart zijn toren geven. Met nog twee koningen op het bord was het duidelijk: 5 ½ – 2 ½.
Het voelde als een aantal geroofde bordpunten en ook een matchpunt, maar de overwinning is er niet minder smakelijk om. Als kers op de taart blijkt ESC 1 na drie rondes zelfs bovenaan te staan! Al is de stand iets vertekend want Krimpen ad IJssel kan ons nog inhalen met een wedstrijd minder.
Maar toch, een mooie 4 matchpunten na 3 wedstrijden. We zullen het nodig hebben, want alle teams staan dicht op elkaar. De uitslagen deze ronde waren verrassend en ieder team heeft verliespunten, maar ook minimaal 2 matchpunten.
Verslag ESC 2 (met dank aan Mark Bakker)
Wageningen 3 – ESC 2 4 – 4
Vanuit de opening stond Willem de Wilde onder druk. Aan het begin van het middenspel leek het nog gelijkwaardig. Echter de opmars van de witte e- pion was te sterk. De witte aanval was te sterk en Willem moest zijn tegenstander feliciteren.
In de opening stond Nestor Shirokov (zwart) gelijk met zijn Siciliaan dragon variant. Wit maakte een inaccurate zet door de h5 pion te slaan met de g4 pion waardoor zwart zijn paard op h5 kon plaatsen en geen dreigingen op zijn koning kon verwachten. Door de inaccurate zet kwam er steeds meer initiatief bij zwart. Op een gegeven moment waren er meerdere mogelijke zettencombinaties die zowel in mat als winst in stukken resulteerden. Wit moest hiervoor goed oppassen. Echter, kon wit zich goed verdedigen maar verloor wel een paar pionnen. Wit probeerde alles bij elkaar te houden, maar blunderde een toren. De hoeveelheid verloren pionnen en een toren gaven wit geen andere keuze dan op te geven.
Mark Bakker speelde wederom een Catalaan, welke vrij rustig verliep. Na wat ruilen zag de Wageningen speler een mooie combinatie, wat hem een pion opleverde. Mark probeerde in een eindspel met ongelijke lopers te komen, wat remise zou zijn, maar helaas mislukte dat. Hij verloor nog een pion, en besloot de tegenstander de hand te schudden.
Albert Bootsman opende met c4 en had in het middenspel ruimte overwicht. Er werd veel in het middenspel gemanoeuvreerd. Zijn tegenstander wist de druk goed op te voeren. Beide schakers hadden allebei ongeveer 4 minuten. Tempo ging wat omhoog. Op de koningsvleugel brak zijn tegenstander na pionnen afruil door te breken en een gewonnen stelling te creëren. Albert moest helaas opgeven.
Ruben de Vries kwam met wit goed uit de opening en kreeg zijn paard op d6, waar het lastig te verdrijven was. Ondanks zijn positionele voordeel, lukte het niet om materieel voordeel te behalen. In tijdnood maakte Ruben onnauwkeurigheden, waardoor zwart de overhand kreeg. Uiteindelijk moest wit een paard opgeven door een penning. Toch vond Ruben dreigingen, waarna zwart een fout maakte en zijn dame voor een toren moest geven. Met toren, loper en twee pionnen tegen de dame vond wit eeuwig schaak en de partij eindigde dus in remise.
Tim Evendijk speelde met wit zijn vertrouwde opening. Hierdoor ontstond al een mooi voordeel in tijd, wat neerkwam op een half uur. Dit kwam goed van pas in het middenspel. Hier had wit een duidelijk voordeel, maar er moest hard gewerkt worden om door te breken. Gelukkig kon er met een tactische manoeuvre niet alleen een pion gewonnen worden, ook kregen alle witte stukken activiteit. Toen er na opgevoerde druk ook een toren gewonnen werd, gaf zwart op
Jim Pronk speelde tegen Frans Bonnier met zwart de toepasselijke opening Frans. Na een tactisch middenspel offerde Jim een kwaliteit maar hij kreeg hier veel spel en een konings aanval voor terug. Een klein foutje werd gelukkig voor Jim niet afgestraft, waarna de druk wit te veel werd, toen Frans ook nog een toren ging verliezen gaf hij op.
Hans Thuijls kreeg met zwart een gesloten Siciliaan op het bord. De opening was voor zijn tegenstander, maar Hans kon zijn problemen oplossen en in het eindspel wist hij een pion te veroveren. Een eindspel met loper tegen paard resteerde. Na een foutieve pion zet volgde een paardvork, waardoor de pluspion verloren ging en een potremise stelling resteerde.
Verslag ESC 3
Wageningen 5 – ESC 3 4 – 4
In de, voor dit team, tweede ronde van de KNSB-competitie reisde het team af naar Wageningen voor een boeiende strijd die uiteindelijk eindigde in een gelijkspel van 4-4. Hieronder een overzicht van de individuele partijen, waarin elke speler zich volledig inzette voor het teamresultaat.
Jonathan Karels begon sterk met een vroege pionwinst na een fout van zijn tegenstander. De tegenstander zette druk op Jonathans koningsvleugel, maar Jonathan kon zich hieruit bevrijden. Zijn tegenstander maakte in tijdsdruk een beslissende fout, waarna Jonathan de winst veilig stelde.
Na een kansrijke opening voor wit wist Egbert Aalbers met zwart een pion te winnen na een dameruil. Na het ruilen van de lopers kon hij zijn paard op een sterke plek positioneren, die wit alleen kon oplossen met een paardenruil. Na het afruilen van de torens had Egbert het voordeel van een actieve koning en de pion minder werd hierdoor gecompenseerd. De partij eindigde in remise.
Dick Wenning opende sterk met een Konings-Indische opzet. Door zijn lopers en torens richting de koningsvleugel te ontwikkelen, bouwde hij een duidelijk voordeel op (+3). In het eindspel werd het echter lastig door een ongunstige afruil, wat leidde tot een gesloten stelling. Uiteindelijk manoeuvreerde hij zijn paard door de linies van de Wageninger, won twee pionnen met schaak, en na 3,5 uur mocht Dick de felicitaties in ontvangst nemen.
Matthijs van Dijk speelde een solide Jobava-London en had een klein voordeeltje volgens de engine, maar door een blunder (hij hield de stelling van twee zetten geleden in zijn hoofd) gaf hij zijn dame weg. Hij verloor de partij, wat hij als een dieptepunt beschouwde.
Tom Smit speelde aanvallend in de Caro-Kann, maar zijn tegenstander verdedigde zich goed. De partij bleef spannend en mondde uiteindelijk uit in remise.
Marco van den Brink speelde een sterke opening met een klein voordeeltje en een lichte tijdswinst. Wit begon echter steeds beter te spelen, en Marco speelde misschien iets te defensief. In een lastige positie en onder tijdsdruk maakte hij een blunder bij zet 26, waarna wit won doordat Marco zijn dame moest opgeven of schaakmat stond.
Femke van Kampen had een gelijk opgaande partij tot ver in het middenspel. Helaas had ze nog maar elf minuten op de klok en realiseerde zich niet dat er bij zet 40 extra tijd zou worden toegevoegd. Onder deze tijdsdruk maakte Femke een fout en verloor een toren, waarna ze zich gewonnen gaf.
De Wageninger begon met een dubbel paardenopening, waardoor Robin Enneman een paard op c3 kon winnen. Hierdoor ontstonden dubbele pionnen voor wit. Robin verloor een toren tegen een loper en kwam met twee paarden en een toren tegenover twee torens van zijn tegenstander te staan. Dankzij een pionvoordeel kon Robin een dame promoveren op de e-lijn. Wit speelde dapper door, maar verloor uiteindelijk.